top of page
  • Foto van schrijverAnneleen Baetens

Sevilla

Sevilla is het kloppende hart van stomend Andalucia, waar bars om zeven uur ‘s morgens de luiken open zwieren en restaurantes nog om middernacht bordjes albondigas(heerlijke meat balls) serveren. Het is een stad die nooit slaapt, op z’n Spaans, al heupwiegend op de deuntjes van wat opzwepende flamenco, bedwelmend door de hitte van de dag die nog in de nauwe straatjes hangt.


Wat te doen in Sevilla


#1 El Centro

Verdwalen in el Centro! Zoals het in elke stad hoort, vind je de grootste blockbusters in hartje centrum. Er is de kathedraal met de Giralda, het koninklijk paleis Real Alcázar en de hypermoderne constructie Metropol Parasol waar nu het archeologisch museum in huist. Goed om weten is dat de Kathedraal van Sevilla, na de Sint-Pieterskathedraal in het Vaticaan en Sint-Pauls in Londen, de grootste kathedraal ter wereld is. Gebouwd in de vijftiende eeuw op de plek waar de moskee van de Moren stond. Binnenin vind je ook het graf van Columbus. De minaret van de moskee van de Moren werd, door de schoonheid van de toren, behouden en noemt nu La Giralda. Real Alcázar is een koninklijk paleis met verschillende wondermooie patio's en prachtige tuinen en is ook een perfect voorbeeld van de Mudéjar-bouwstijl. Binnenin veel marmeren zuilen, sierlijk houtwerk en bewerkte plafonds en rondom prachtige tuinen met watervallen, fonteinen en veel exotische planten en bomen. Wandel ook eens langs een van de ontelbare pleinen in El Centro, meestal omringd door bars, restaurants en terrasjes.


#2 Santa Cruz Santa Cruz is het echte hart van Sevilla: een oude Joodse wijk waar je dagen in de straatjes kan op ontdekking trekken. Veel fraaie en dure huizen, kleine straatjes, smalle steegjes en pleintjes. Hier verdwalen is niet erg, Het is zelfs aan te raden, want zo ontdek je het ene fijne straatje na het andere. In deze wijk zitten natuurlijk ook souvenirwinkels maar evengoed plezante specialiteitenzaken, kleine bars en restaurantjes. Cultuur opsnuiven kan natuurlijk ook. In Santa Cruz bevindt zich het Archivo General de Indias, een gebouw in sobere renaissancestijl dat dateert uit het einde van de 16de eeuw. In het gebouw liggen miljoenen bladzijden papier: boeken, handschriften, unieke plattegronden en tekeningen die je alles vertellen over de vroegere Spaanse overzeese kolonies. Je kan er zelfs enkele uitzonderlijke historische exemplaren bezichtigen, zoals een wereldkaart van de befaamde cartograaf Juan de la Cosa en een logboek van Columbus.


#3 El Arenal

Een andere, bijzondere wijk van Sevilla is El Arenal, die tot aan de oever van de Guadalquivir loopt. De belangrijkste trekpleisters zijn de grote stierenarena en de Torre del Oro, die deel uitmaakt van de Moorse stadswallen. Wat vooral veel bezoekers naar hier trekt, is de charme en de intimiteit van de buurt. Kleine restaurants en tapasbars zitten, of beter gezegd staan, afgeladen vol met de vriendelijke bewoners van de wijk.

#4 Triana

Aan de andere kant van de rivier ligt de typische vissers- en zigeunerwijk Triana. Hier wonen nog steeds de meeste zigeuners, stierenvechters, flamencodansers en muzikanten. Op de stenen banken aan de oever van de rivier wordt gegeten, gedronken, muziek gemaakt, gezongen en gedanst. Triana is altijd al een levendige en temperamentvolle volkswijk geweest, want in deze wijk liggen de roots van de flamenco. Vandaag de dag vind je hier ook de zogenaamde peñas, een soort flamencoclubs. De leukste bezienswaardigheid is de Parroquia Santa Ana. Hier werden kinderen gedoopt zodat ze een mooie flamencostem zouden krijgen. Eten en drinken is hier goedkoper dan op de toeristische plekken. Je komt hier ook veel studenten tegen, want in deze wijk ligt de Erasmus Universiteit. Vooral aan de Calle Betis, de boulevard langs de oever van de rivier, zitten de leukste eettentjes, bars, cafés en clubs.

Op Calle Pagés del Corro drink je wijn en kijk je naar flamenco – dans kan en mag ook - vergezeld van sensuele muziek. Souvenirjagers zitten hier ook goed want in Triana werd en wordt vooral aardewerk gemaakt. Dat zie je nog terug aan bijvoorbeeld de beroemde Azulejas-tegel en het vele keramiek dat je in de gevels terugziet.


#5 Eten en drinken in Sevilla SANTA CRUZ

La Fresquita Kom vroeg (zo rond de middag) of heel laat (na 22 uur) om te mixen met de echte Sevillanos langs de toog binnen of aan de hoge opklaptafeltjes die buiten langs de façade hangen. Het thema is Semana Santa (de heilige week) terwijl het er, vooral dankzij het volume van superfrisse Cruzcampo pinten, vaak niet zo heilig aan toegaat. Kom voor de Mariabeeldjes maar ook voor de ambiance en de tapas. Favoriet (en veggie): de Espinacas con Garbanzos (spinazie met kikkererwten). Vergeet zeker ook de beste tapasbar in deze buurt niet, Casa Placido. De oudste tapasbar is dan weer El Rinconcillo, die zijn deuren in 1670 opende. Kenners zeggen dat dit trouwens de eerste tapasbar ter wereld is. Moorse tegels, fantastische sherry’s op het menu en oude Spanjaarden die hier al heel hun leven komen, samen met de ontelbare generaties aan bekende bailaores and toreros die hier ook graag gezien zijn. Ook niet te missen in deze buurt is Vermutería Palabra de Bar. Vermout oftewel vermú in Andaluz was ooit de favoriet van oude mannetjes in nog oudere bars in Sevilla. Nu is de apero terug in, zeker wanneer je naar bars zoals deze vermutería trekt waar barvrouw Marijoe een selectie van bijna dertig verschillende vermoutsoorten voorstelt. Rood, wit, wel of niet met soda, olijfje en sinaasappelschil. Extra smakelijk met wat livemuziek op dinsdagavond. Ook tof is Bar Gallo Rojo. Una Factoría de creación, dat is de omschrijving van dit adres. ’s Avonds een coole bar waar je artisanale biertjes uit de streek en Spanje kan proeven, zelfs van de tap en overdag een creatieve ruimte waar zowel artiesten als breiclubs terecht kunnen. Ongedwongen, gezellig en vaak met livemuziek.


EL ARENAL

Een plezant adres in deze buurt is El Rincón del Pulpo Gallego, de enige echte bar met zijn roots in Galicië. Drink de typische cider en probeer de bacalao a la gallega en de empanada de atún. Wat verder weg, gaat het richting Extremadura in la Casa de Extremadura. Vergis je niet, dit is effectief een bar maar ook een Club Social waar leden samenkomen, naar tv kijken en natuurlijk iets eten en drinken. Een andere, niet te missen klassieker is Morales: opgericht in 1850 en nog steeds in dezelfde familie. Morales is een bar waar je liefst van al een sherry bestelt om zo snel mogelijk in de mood te komen en te mixen met de locals. De gigantische sherryvaten staan er nog altijd in een ruimte achter de enorme toog. De service is vlot en vriendelijk, de chicharrones (chips van varkenshuid) zijn krokant en tegen het einde van de avond is de vloer bedekt met kleine, witte servetjes. Een teken dat het goed was.


TRIANA

Een fijn adres om uit te gaan is Lo Nuestro, een partyplek waar de rumba gemixt wordt met flamenco. La Antigua Abaceria is een bijou van een tapasbar. Een serieuze collectie van pata negra’s boven de oude toog, met erachter patron José, vriendelijk en fan van hoogkwalitatieve producten. Zoals de lokale kazen, hoogbejaard en echte smaakbommetjes die schreeuwen om met een stevige, Spaanse wijn genomen te worden. Of een plato de rabo de toro estofado, een stoofpotje met stierenstaart. Kortom, een keuken met ballen, in een zeer Sevillaanse setting.


De straat Calle Betis is een aaneenschakeling van nogal schreeuwerige bars, maar op nummer 31 vind je een echte flamencobar, Lo Nuestro. Om de hoek, op Calle Duarte 3 zit La Traberna. De lokale variant van de flamenco, de Sevillana, wordt gedanst in Casa Anselma, Calle Pagés del Corro 49. Langs de rivier zit ook een uitstekende flamencobar, Simpecao.


0 weergaven0 opmerkingen

Recente blogposts

Alles weergeven

Comments


bottom of page